statistiek-theorie-hoc

Created by Benet

p.9

Wat zijn polytome variabelen?

Click to see answer

p.9

Variabelen die meer dan twee categorieën hebben.

Click to see question

1 / 260
p.9
Soorten statistiek

Wat zijn polytome variabelen?

Variabelen die meer dan twee categorieën hebben.

p.22
Statistische maten van ligging

Wat is een opmerkelijke eigenschap van K2?

K2 is gelijk aan de mediaan.

p.20
Statistische maten van ligging

Waarom is de mediaan beter geschikt dan het gemiddelde bij asymmetrische verdelingen?

Omdat de mediaan niet beïnvloed wordt door outliers.

p.30
Statistische maten van spreiding

Waarom is de standaardafwijking makkelijker te interpreteren?

Omdat het dezelfde meeteenheid gebruikt als de waarnemingen.

p.32
Statistische maten van ligging

Wat betekent een negatieve standaardscore?

Een score onder het gemiddelde.

p.20
Statistische maten van ligging

Wat is de formule om de mediaan te berekenen?

37,5 + ((2 730 – 1 911) / 987) * 7 = 43,3085.

p.3
Meten en meetschalen

Wat is een onderzoekspopulatie?

Alle leden van een welomschreven groep die je wilt onderzoeken.

p.35
Statistische maten van spreiding

Wat geven even centrale momenten aan?

Spreiding.

p.17
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is een frequentieverdeling?

Een weergave van hoe vaak verschillende waarden voorkomen in een dataset.

p.31
Probleemstelling in statistisch onderzoek

Waarom heeft Jantje een referentiekader nodig voor zijn score?

Om te begrijpen hoe goed zijn score is in vergelijking met het gemiddelde en de spreiding.

p.28
Statistische maten van spreiding

Wat geeft de spreidingsmaat aan?

Een indicatie van spreiding rond het rekenkundig gemiddelde.

p.28
Statistische maten van spreiding

Hoe wordt de gemiddelde afwijking van het rekenkundig gemiddelde berekend?

A.d.h.v. bruto waarnemingen.

p.29
Statistische maten van spreiding

Wat is de gemiddelde absolute afwijking?

Het geeft aan hoe ver alle waarnemingen zich verhouden tegenover het centraal punt (de gemiddelde).

p.22
Statistische maten van ligging

Wat zijn kwartielen?

Kwartielen verdelen geordende gegevens in 4 gelijke delen en gelden alleen vanaf ordinale schaal.

p.26
Statistische maten van spreiding

Wat zijn de verschillende soorten spreidingsmaat?

  1. Variatiebreedte 2. Interkwantielen 3. Gemiddelde absolute afwijking 4. Variantie 5. Variatiecoëfficiënt 6. Even centrale momenten.
p.10
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is een frequentieverdeling?

Een verdeling waarbij voor elke waarde of categorie van de variabele wordt aangegeven hoeveel waarnemingen die tellen, in absolute of relatieve aantallen.

p.19
Statistische maten van ligging

Wat is de modus (Xo) en wanneer kan deze worden gebruikt?

De modus geldt alleen vanaf de nominale schaal en wordt bepaald door de waargenomen waarde met de hoogste frequentie.

p.27
Statistische maten van spreiding

Wat geeft de interdeciel (D) aan?

Tussen welke waarden de middenste 80% van de waarnemingen vallen.

p.37
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat meet de coëfficiënt van Pearson (b2)?

De afplatting van de verdeling.

p.17
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is het doel van grafische voorstellingen?

Om data visueel weer te geven voor betere interpretatie.

p.23
Statistische maten van ligging

Wat zijn percentielen?

Verdelingen die gelden vanaf een ordinale schaal.

p.32
Statistische maten van ligging

Wat is het bereik van standaardscores?

Tussen -3 en +3.

p.20
Statistische maten van ligging

Hoe wordt de mediaan bepaald in klasse gegroepeerde gegevens?

Door middel van lineaire interpolatie.

p.29
Statistische maten van spreiding

Welke twee manieren zijn er om mintekens op te heffen?

  1. Absolute afwijkingen 2) Kwadrateren.
p.37
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat laat de coëfficiënt van Pearson (b1) toe?

Symmetrie te vergelijken voor verschillende variabelen.

p.5
Meten en meetschalen

Wat wordt er aan elke equivalentieklas toegewezen?

Een eigen waarde (kwalitatief of kwantitatief).

p.18
Statistische maten van ligging

Wat beschrijven statistische maten mathematisch?

De geobserveerde frequentieverdeling.

p.2
Data-analyse technieken

Wat kan er gedaan worden aan grafieken om ze misleidend te maken?

Grafische aanpassingen doen aan de grafiek.

p.32
Statistische maten van spreiding

Wat geeft een gestandaardiseerde score aan?

Hoeveel standaardafwijkingen een observatie boven of onder het gemiddelde ligt.

p.36
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat zeggen alle oneven centrale momenten over de symmetrie?

Ze geven informatie over de symmetrie van de verdeling.

p.24
Statistische maten van ligging

Wat zijn momenten rond de oorsprong?

Gewone momenten waarbij de constante waarde gelijk is aan 0.

p.5
Meten en meetschalen

Wat weerspiegelen de waarden die aan equivalentieklassen worden toegekend?

De relaties die in de realiteit bestaan tussen de equivalentieklassen.

p.3
Meten en meetschalen

Wat zijn parameters?

Kengetallen die de verdeling van een kenmerk van een populatie weergeven.

p.33
Statistische maten van spreiding

Wat is een voordeel van de variatiecoëfficiënt?

Het is een relatieve spreidingsmaat en onafhankelijk van de meeteenheid (dimensieloos).

p.22
Statistische maten van ligging

Wat zijn decielen?

Decielen verdelen geordende gegevens in 10 gelijke delen en gelden alleen vanaf ordinale schaal.

p.23
Statistische maten van ligging

Hoe verdelen decielen geordende gegevens?

In 10 gelijke delen.

p.37
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat is de coëfficiënt van Pearson (b1)?

Een maat voor symmetrie, onafhankelijk van de meeteenheid van de variabele.

p.5
Meten en meetschalen

Wat is meten?

Meten is het verdelen van de populatie P in equivalentieklassen.

p.27
Statistische maten van spreiding

Wat is de interdeciel (D)?

Het geldt alleen voor kwantitatieve ordinale variabelen; D1 is de waarde waar 10% van de waarnemingen onder valt, D9 is de waarde waar 90% van de waarnemingen onder valt.

p.23
Statistische maten van ligging

Wat zijn kerngrootheden in de context van momenten?

Waarden die toelaten een verdeling uniek vast te leggen.

p.27
Statistische maten van spreiding

Hoe wordt de interdeciel (D) berekend?

D = d9 – d1.

p.37
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat is kurtosis?

Een maat voor de afplatting van een verdeling.

p.24
Statistische maten van ligging

Wat zijn de drie soorten momenten?

  1. Momenten rond de oorsprong (c=0), 2. Momenten rond een constante (c=c), 3. Momenten rond gemiddelde (c=gemiddelde).
p.21
Statistische maten van ligging

Wat is het rekenkundig gemiddelde?

De som van alle waarnemingen gedeeld door het aantal waarnemingen, geldig vanaf intervalniveau.

p.3
Meten en meetschalen

Wat is een datamatrix?

Cases in rijen (records) en variabelen in kolommen, met waarden in cellen.

p.15
Onderzoeksontwerp en dataverzameling

Wat zijn de twee basisregels voor het samenstellen van klassen in frequentieveelhoeken?

  1. Wederzijds exclusief (niet-overlappende klassen) 2) Exhaustief (elke waarneming kan aan een klasse worden toegewezen).
p.26
Statistische maten van spreiding

Wat is de interkwartiel (I)?

I = K3 - K1, waar K1 de waarde is waar 25% van de waarnemingen onder valt en K3 de waarde waar 75% onder valt.

p.15
Onderzoeksontwerp en dataverzameling

Waarom is het belangrijk om klassen te bepalen in functie van transparantie en helderheid?

Voor het analyseren en presenteren van de gegevens.

p.30
Statistische maten van spreiding

Wat is de standaardafwijking?

De vierkantswortel uit de variantie, geldig vanaf intervalniveau.

p.31
Probleemstelling in statistisch onderzoek

Wat is de gemiddelde score en spreiding belangrijk voor?

Om de context van een individuele score te begrijpen.

p.28
Statistische maten van spreiding

Wat is het centraal moment van rang 1?

De gemiddelde afwijking van het gemiddelde (m).

p.5
Meten en meetschalen

Wat is een equivalentieklas?

Een deelverzameling van de populatie P die alle elementen groepeert die gelijkwaardig zijn voor het bestudeerde kenmerk.

p.8
Meten en meetschalen

Wat is het ratio meetniveau?

Rangordening, meeteenheid en een absoluut nulpunt zijn belangrijk. Voorbeelden zijn lengte en leeftijd.

p.26
Statistische maten van spreiding

Wanneer is de spreidingsmaat gelijk aan nul?

Wanneer alle waarnemingen eenzelfde waarde hebben.

p.20
Statistische maten van ligging

Wat zijn de nadelen van de mediaan?

De mediaan is afhankelijk van de orde van waarnemingen, niet alle waarden worden in rekening gebracht en het is moeilijk om mathematisch mee om te springen.

p.3
Meten en meetschalen

Wat zijn variabelen in onderzoek?

Kenmerken van onderzoekseenheden waarin de onderzoeker geïnteresseerd is.

p.8
Meten en meetschalen

Wat zijn de kenmerken van interval en ratio niveau?

Ook wel 'numeriek' of 'kwantitatief' genoemd; ze hebben numerieke eigenschappen waarmee je kunt rekenen.

p.18
Statistische maten van ligging

Wat zijn statistische maten van ligging?

Maten die de verdeling op de abscis of x-as situeren.

p.21
Data-analyse technieken

Hoe wordt het rekenkundig gemiddelde berekend?

A.d.h.v. bruto waarnemingen of gegroepeerde gegevens na het opstellen van een frequentietabel.

p.16
Meten en meetschalen

Wat is het klassenmidden (xi) bij discrete variabelen?

Elke discrete waarde wordt vervangen door het overeenkomstige continue interval volgens de 0,5 regel.

p.1
Inleiding tot statistiek

Wat is statistiek?

Statistiek is het vertalen van gegevens in kennis en inzicht, door gegevens te interpreteren en presenteren.

p.25
Statistische maten van spreiding

Wat verwijst het begrip 'spreiding' naar?

Verschillen tussen waarnemingen voor een onderzocht kenmerk.

p.33
Statistische maten van spreiding

Hoe kan de variatiecoëfficiënt gebruikt worden?

Om de spreiding van verschillende groepen onderling te vergelijken.

p.13
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat geven hoge trappen in een cumulatieve frequentiefunctie aan?

Hoge frequenties.

p.25
Data-analyse technieken

Welke analysetechnieken zijn gericht op het verklaren van verschillen?

Regressie-analyse en variantie-analyse.

p.33
Statistische maten van spreiding

Wat is de variatiecoëfficiënt voor een rijk land?

0,83%.

p.21
Statistische maten van ligging

Wat zijn kwartielen?

Waarden die de geordende gegevens in 4 gelijke delen verdelen.

p.15
Meten en meetschalen

Wat is een voorbeeld van een continue variabele?

Lichaamslengte of afstand.

p.15
Meten en meetschalen

Wat is een voorbeeld van een discrete variabele?

Aantal kinderen of aantal auto’s.

p.37
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Waarop is de coëfficiënt van Pearson (b1) gebaseerd?

Op de coëfficiënt van Fisher.

p.2
Onderzoeksontwerp en dataverzameling

Wat is een voorbeeld van een slechte vraagstelling in onderzoek?

Vragen die gestuurd zijn naar een bepaald antwoord.

p.10
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de functie van een frequentietabel?

Om de kwaliteit van de inbreng te controleren, bewerkingen met de gegevens uit te voeren en een basis grafische voorstelling te bieden.

p.35
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat geven oneven centrale momenten aan?

Vorm en (a)symmetrie.

p.6
Soorten statistiek

Wat zijn de voordelen van kwantitatieve waarden in de sociale wetenschappen?

Kwantitatieve waarden zijn eenduidiger, verwerking via computer gaat vlotter, en ze kunnen samengevat worden in simpele beschrijvende maten.

p.14
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat betekent het als verschillen tussen waarden op de abscis (x-as) betekenis hebben?

Oppervlakten onder functies krijgen ook betekenis.

p.10
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat kunnen grafieken helpen identificeren?

Uitschieters en anomalieën in de gegevens.

p.19
Statistische maten van ligging

Wat zijn de voordelen van de modus?

  • Makkelijk te bepalen op basis van een frequentietabel. + Kan gebruikt worden bij elke meetschaal van nominaal tot ratio.
p.10
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de steekproefgrootte (N)?

Het effectief van de steekproef of populatie.

p.14
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat benadrukt een histogram?

De continuïteit, waarbij de balken aan elkaar grenzen.

p.27
Statistische maten van spreiding

Welke elementen geven samen een meer volledig beeld van de verdeling?

Variatiebreedte, interkwartiel en mediaan.

p.3
Meten en meetschalen

Wat betekent de standaardafwijking in statistiek?

s, het geeft de spreiding van de populatie aan.

p.21
Statistische maten van spreiding

Wat zijn de nadelen van het rekenkundig gemiddelde?

Het wordt beïnvloed door extreme scores.

p.13
Meten en meetschalen

Hoe kunnen getallen gebruikt worden bij nominale en ordinale variabelen?

Om de nominale of ordinale waarden te representeren zonder het kenmerk te veranderen.

p.13
Meten en meetschalen

Wat kan een getal bij ordinale variabelen betekenen?

Het kan een betekenis krijgen van ordening.

p.33
Statistische maten van spreiding

Wat geeft de variatiecoëfficiënt aan over de spreiding in arme en rijke landen?

Er is veel grotere spreiding in het arme land.

p.16
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de functie van de abscis (x-as) in een frequentieveelhoek?

De abscis is gericht en heeft één meeteenheid.

p.7
Meten en meetschalen

Wat houdt het bestaan van een meeteenheid in?

Het betekent dat de verschillen tussen waarden dezelfde verschillen in intensiteit van het kenmerk weerspiegelen.

p.23
Statistische maten van ligging

Wat is opmerkelijk aan d5, K2 en de mediaan?

Ze zijn gelijk aan elkaar.

p.35
Statistische maten van spreiding

Wat zijn de twee soorten momenten?

Gewone momenten en centrale momenten.

p.2
Onderzoeksontwerp en dataverzameling

Hoe kunnen gegevens verzameld worden op een manier die misleidend is?

Door een slechte selectie van onderzoekpersonen of een te klein aantal onderzochte personen.

p.35
Statistische maten van spreiding

Wat zijn centrale momenten?

Momenten ten opzichte van het gemiddelde (c=gemiddelde).

p.13
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat stelt elke waarde xi voor in een histogram?

Een rechthoek waarvan de hoogte recht evenredig is met de frequentie.

p.30
Statistische maten van spreiding

Hoe kunnen we de verhouding van spreiding beter begrijpen?

Door gebruik te maken van de variatiecoëfficiënt.

p.13
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de x-as in een histogram?

De abscis is gericht maar heeft geen meeteenheid.

p.5
Meten en meetschalen

Wat is een variabele in de context van meten?

Een afbeelding van een bevolking P in een verzameling X van waarden van het gemeten eigenschap of kenmerk.

p.36
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wanneer is er sprake van symmetrie in een verdeling?

Als alle oneven centrale momenten gelijk zijn aan 0.

p.18
Meten en meetschalen

Wat is een belangrijke overweging bij de keuze van een maat om een verdeling te beschrijven?

Het meetniveau van de beschouwde verdeling.

p.26
Statistische maten van spreiding

Wat is een voordeel van de interkwartiel?

Het is relatief ongevoelig voor extreme scores.

p.1
Inleiding tot statistiek

Hoe wordt statistiek beschouwd?

Als een wetenschappelijke discipline en een kennismethode om de wereld beter te begrijpen.

p.36
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat betekent het als M3 > 0?

De verdeling is links asymmetrisch.

p.9
Soorten statistiek

Wat zijn continue variabelen?

Variabelen die elke waarde binnen een bepaalde grens kunnen aannemen, zoals lichaamslengte.

p.21
Statistische maten van ligging

Wat zijn kwantielen?

Waarden die waarnemingen in twee delen scheiden, waarbij een proportie q van de waarnemingen kleiner of gelijk is aan het q-kwantiel.

p.1
Soorten statistiek

Wat is beschrijvende statistiek?

Het beschrijven van de wereld in cijfers, samenvatten van frequentievragen in kengetallen en gebruik maken van grafische technieken.

p.1
Soorten statistiek

Wat is interferentie statistiek?

Een middel om op basis van een beperkte hoeveelheid gegevens uitspraken te doen over een bredere populatie.

p.33
Statistische maten van vorm

Hoe wordt symmetrie gemeten?

Door scheefheid (skewness).

p.16
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de hypothese bij een diagram van cumulatieve frequentie?

Waarnemingen zijn homogeen binnen elke klasse verdeeld.

p.12
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de relatie tussen de grootte van een pictogram en frequentie?

De grootte van de figuur of het aantal herhalingen is recht evenredig met de frequentie van elke waarde xi.

p.4
Meten en meetschalen

Wat zijn de dimensies van een reeks?

Het aantal variabelen dat simultaan wordt waargenomen of bestudeerd.

p.34
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat betekent een positieve asymmetrie in een verdeling?

Een verdeling met een zwaardere staart aan de rechterkant, waarbij de meeste massa links van het gemiddelde ligt.

p.34
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat kenmerkt een symmetrische verdeling?

Symmetrie rond het gemiddelde, met evenveel waarden groter en kleiner dan het gemiddelde.

p.31
Statistische maten van spreiding

Wat zijn gestandaardiseerde scores?

Scores die zijn genormaliseerd via Z-scores.

p.35
Statistische maten van spreiding

Wat zijn momenten in de statistiek?

Momenten zijn een maat van spreiding en geven ook informatie over de vorm.

p.8
Meten en meetschalen

Wat is het nominaal meetniveau?

Je kunt niet rekenen met de waarden; ze zijn slechts een naamgeving (classificatie). Voorbeelden zijn geslacht, beroep en woonplaats.

p.29
Statistische maten van spreiding

Wat gebeurt er met positieve en negatieve afwijkingen in berekeningen?

Ze heffen elkaar op en zijn altijd gelijk aan nul.

p.23
Statistische maten van ligging

Wat beschrijven momenten in statistiek?

Hoe waarnemingen zich verhouden tot een constante.

p.8
Meten en meetschalen

Wat is het interval meetniveau?

Rangordening en meeteenheid zijn belangrijk; intervallen hebben betekenis. Voorbeeld: temperatuur.

p.26
Statistische maten van spreiding

Wat is de variatiebreedte?

Het verschil tussen de grootste en de kleinste waargenomen waarde.

p.20
Statistische maten van ligging

Wat zijn de voordelen van de mediaan?

De mediaan is afhankelijk van de orde van waarnemingen, is uniek en minder gevoelig voor extreme waarden.

p.25
Statistische maten van ligging

Wat zijn centrale momenten in de statistiek?

Momenten met betrekking tot het rekenkundig gemiddelde.

p.14
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is het belangrijkste onderscheid bij frequentieverdelingen?

Tussen niet in klasse gegroepeerde gegevens en in klassen gegroepeerde gegevens.

p.25
Statistische maten van ligging

Wat geven centrumwaarden aan?

Rond welke waarde de waarnemingen zich centreren.

p.19
Statistische maten van ligging

Wat is een voorbeeld van een modale klasse?

De modale klasse is 38-44 jaar.

p.25
Statistische maten van spreiding

Wat beschrijft spreiding in statistiek?

De mate van diversiteit voor een bepaald kenmerk.

p.14
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Hoe worden waarden voorgesteld in een balkendiagram?

Elke waarde xi wordt door een balk voorgesteld, waarvan de hoogte recht evenredig is met de frequentie.

p.19
Statistische maten van ligging

Wat zijn de nadelen van de modus?

  • Niet noodzakelijk uniek, meerdere waarden kunnen dezelfde hoogste frequentie hebben. - Houdt geen rekening met andere waargenomen waarden. - Moeilijk om mathematisch mee om te gaan.
p.10
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de absolute frequentie (F i )?

Het aantal keer dat een bepaalde waarde xi werd waargenomen.

p.14
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is een kenmerk van een frequentiepolygoon?

De oppervlakten onder een functie krijgen betekenis door het rechtlijnig verbinden van toppen in staafdiagrammen.

p.15
Meten en meetschalen

Wat is het verschil tussen continue en discrete variabelen?

Continue variabelen kunnen elke waarde aannemen, terwijl discrete variabelen alleen gehele waarden kunnen aannemen.

p.14
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat toont een cumulatieve frequentiefunctie?

Een trapfunctie in het geval van discrete variabelen.

p.9
Soorten statistiek

Wat is een dummy variabele?

Een categorische variabele met twee categorieën, gecodeerd met 0/1, zoals 0 voor 'man' en 1 voor 'vrouw'.

p.28
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat zijn outliers in een boxplot?

Observaties die meer dan 1,5 maal de interkwartielafstand onder het eerste kwartiel of boven het derde kwartiel liggen.

p.28
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Waarom worden outliers apart weergegeven in een boxplot?

Omdat ze soms heel interessant kunnen zijn.

p.23
Statistische maten van ligging

Wat is de algemene formule voor momenten?

Momenten vatten samen hoe een verdeling zich verhoudt tot een constante waarde.

p.8
Meten en meetschalen

Wat is het ordinaal meetniveau?

Er is sprake van een rangorde, maar de intervallen tussen de waarden hebben geen betekenis. Voorbeeld: mate van akkoord gaan met een stelling.

p.30
Statistische maten van spreiding

Wat is een nadeel van de standaardafwijking?

  • Het geeft niet aan of de spreiding groot of klein is in verhouding tot de uitkomst zelf.
p.32
Statistische maten van ligging

Wat betekent een positieve standaardscore?

Een score boven het gemiddelde.

p.30
Statistische maten van spreiding

Wat betekent een standaardafwijking van 250 euro in verschillende landen?

Het heeft een totaal andere betekenis in een arm land met een gemiddeld jaarinkomen van 1000 euro dan in een land met een gemiddeld jaarinkomen van 30.000 euro.

p.32
Soorten statistiek

Wat is een voordeel van gestandaardiseerde scores?

Ze zijn dimensieloos, waardoor vergelijkbaarheid mogelijk is.

p.26
Statistische maten van spreiding

Wat is een nadeel van de variatiebreedte?

Het is zeer gevoelig voor extreme waarden.

p.20
Statistische maten van ligging

Waarom kan de mediaan een betrouwbaarder beeld geven van inkomensverdeling?

Omdat het minder gevoelig is voor extreme waarden dan het gemiddelde inkomen.

p.32
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de standaard normaalverdeling?

Een verdeling met een gemiddelde van 0 en een standaardafwijking van 1.

p.13
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is een cumulatieve frequentiefunctie?

Een grafische voorstelling van de absolute of relatieve cumulatieve frequenties.

p.25
Statistische maten van spreiding

Waarom is spreiding belangrijk in statistisch onderzoek?

Om groepen onderling te vergelijken voor een kenmerk.

p.21
Meten en meetschalen

Wat zijn klassemiddens?

De xi waarden die worden gebruikt bij discrete variabelen en continuïteitscorrectie in klassen.

p.19
Statistische maten van ligging

Wat is de mediaan en wanneer kan deze worden gebruikt?

De mediaan geldt alleen vanaf de ordinale schaal en verdeelt de waarnemingen in twee gelijke delen.

p.7
Meten en meetschalen

Wat zijn de vier criteria om het meetniveau te bepalen?

Classificatie, ordenbaarheid, het bestaan van een meeteenheid, en het bestaan van een absoluut nulpunt.

p.16
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de functie van de abscis (x-as) in een histogram?

De abscis is gericht en heeft één meeteenheid.

p.15
Meten en meetschalen

Hoe worden klassen bij continue variabelen bepaald?

Als exacte klassen zonder continuïteitscorrectie.

p.21
Statistische maten van ligging

Wat zijn decielen?

Waarden die de geordende gegevens in 10 gelijke delen verdelen.

p.12
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat stelt een cirkeldiagram voor?

Elke waarde xi wordt voorgesteld door een cirkelsector, waarvan de oppervlakte recht evenredig is met de frequentie.

p.7
Meten en meetschalen

Waarom heeft de aanwezigheid van een 0 geen bijzondere betekenis in sommige meetschalen?

Omdat het niet duidt op de afwezigheid van het kenmerk.

p.12
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Hoe wordt een frequentietabel opgesteld voor ordinale schalen?

De volgorde van de frequenties is gebaseerd op de ordening van de waarden xi.

p.12
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat zijn cumulatieve frequenties?

Cumulatieve frequenties zijn gebaseerd op de ordening van waarden xi en kunnen absoluut of relatief zijn.

p.34
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat betekent een negatieve asymmetrie in een verdeling?

Een verdeling met een zwaardere staart aan de linkerkant, waarbij de meeste massa rechts van het gemiddelde ligt.

p.34
Statistische maten van spreiding

Wat is de empirische coëfficiënt van Pearson (S)?

Een parameter om symmetrie te berekenen in een verdeling.

p.22
Statistische maten van ligging

Wat zijn percentielen?

Percentielen verdelen de geordende gegevens in 100 gelijke delen.

p.31
Statistische maten van spreiding

Wat geeft de standaardscore z aan?

Hoeveel standaardafwijkingen een score onder of boven het gemiddelde ligt.

p.30
Statistische maten van spreiding

Wat is een voordeel van de standaardafwijking?

  • Het houdt rekening met alle waarden van de waarneming en is de meest gebruikte maat voor spreiding.
p.35
Statistische maten van spreiding

Wat zijn gewone momenten?

Momenten ten opzichte van de oorsprong (c=o).

p.18
Statistische maten van ligging

Waarom gebruikt men statistische maten?

Om informatie te synthetiseren die niet voldoende is weergegeven in frequentietabellen en grafieken.

p.2
Data-analyse technieken

Hoe kan de presentatie van uitkomsten misleidend zijn?

Door een deel van de grafiek te verwijderen of de schaal te manipuleren.

p.3
Meten en meetschalen

Wat zijn statistische eenheden?

Elementen uit de bestudeerde bevolking, zoals mensen, schapen, woningen, enz.

p.8
Meten en meetschalen

Wat zijn de kenmerken van ordinaal of nominaal niveau?

Ook wel 'categorisch' of 'kwalitatief' genoemd; ze zijn niet numeriek.

p.18
Soorten statistiek

Welke drie soorten statistische maten zijn er?

  1. Liggingsmaat, 2) Spreidingsmaten, 3) Maten van vorm.
p.2
Probleemstelling in statistisch onderzoek

Hoe kan de conclusie van een onderzoek misleidend zijn?

Door de conclusies te omschrijven op een manier die niet overeenkomt met de gegevens.

p.26
Statistische maten van spreiding

Wat zijn interkwantielen?

Waarden die een realistischer beeld van spreiding geven, vooral bij extreme waarden.

p.33
Statistische maten van spreiding

Wat is de variatiecoëfficiënt (v)?

De ratio van de standaardafwijking op het gemiddelde, geldig vanaf intervalniveau.

p.29
Onderzoeksontwerp en dataverzameling

Wat is de rol van gegroepeerde gegevens in regressie- en variantie-analyse?

Het helpt na te gaan in hoeverre de spreiding van een variabele verklaard kan worden door de spreiding van een andere variabele.

p.36
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat wordt meestal gebruikt om symmetrie te beoordelen?

Het derde centrale moment (m3).

p.16
Meten en meetschalen

Hoe wordt de waarde 23 vervangen in een continue interval?

Door het interval (22,5 ; 23,5).

p.13
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat voor functie is de cumulatieve frequentiefunctie voor ordinale variabelen?

Een trapfunctie.

p.9
Soorten statistiek

Wat zijn discrete variabelen?

Variabelen die alleen gehele waarden kunnen aannemen, zoals het aantal kinderen.

p.1
Onderzoeksontwerp en dataverzameling

Wat zijn de stappen in empirisch onderzoek?

Data verzamelen en data analyseren.

p.36
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat is de coëfficiënt van Fisher (g1)?

Een maat voor symmetrie die onafhankelijk is van de meeteenheid.

p.36
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Waarom is de coëfficiënt van Fisher nuttig?

Het laat toe om symmetrie te vergelijken voor verschillende variabelen.

p.13
Meten en meetschalen

Hoe kunnen inkomensgegevens op verschillende meetniveaus worden weergegeven?

Als interval/ratio variabele of als ordinale variabele.

p.16
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Waar staan de klassenmiddens in een histogram?

Op de hoogte van de toppen van de rechthoeken.

p.11
Meten en meetschalen

Hoe worden waarden in een nominale schaal gepresenteerd?

De waarden zijn niet geordend en de volgorde is willekeurig.

p.9
Statistische maten van ligging

Waarom zijn verhoudingen van waarden enkel zinvol voor ratiovariabelen?

Omdat ratiovariabelen een absoluut nulpunt hebben, wat verhoudingen betekenisvol maakt.

p.5
Meten en meetschalen

Wat is de meetschaal van een variabele?

De verzameling X der waarden die aan de variabele zijn toegewezen.

p.29
Statistische maten van spreiding

Wat is de formule voor variantie?

Varianties = het gemiddelde van de gekwadrateerde afwijkingen van het gemiddelde.

p.27
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat zijn de 5 kengetallen in een boxplot?

Minimumwaarde, 1ste kwartiel, 2de kwartiel (mediaan), 3de kwartiel en maximumwaarde.

p.29
Statistische maten van spreiding

Waarom is variantie alleen geldig vanaf intervalniveau?

Omdat het gebaseerd is op de spreiding van waarden ten opzichte van het gemiddelde.

p.6
Meten en meetschalen

Wat is operationalisatie?

Het meetbaar maken van variabelen in één of meerdere vragen, bepalend voor de rest van het onderzoek.

p.9
Soorten statistiek

Wat zijn dichotome variabelen?

Variabelen die slechts twee waarden kunnen aannemen, zoals geslacht of dood/leven.

p.6
Probleemstelling in statistisch onderzoek

Wat zijn afhankelijke en onafhankelijke variabelen?

Afhankelijke variabele is wat je wilt verklaren (bijv. gezondheid), onafhankelijke variabele is wat invloed heeft (bijv. opleiding).

p.24
Statistische maten van ligging

Wat zijn momenten van rang k?

Momenten met betrekking tot een constante c (c=c).

p.15
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is het doel van het klassenmidden?

Het weergeven van klassen in gegroepeerde gegevens op een grafiek.

p.18
Meten en meetschalen

Wat bepaalt de keuze van een centrummaat?

Het meetniveau van een veranderlijke en de verdeling van de gegevens.

p.16
Meten en meetschalen

Hoe wordt het klassenmidden berekend?

Als het gemiddelde van de exacte klassegrenzen.

p.15
Meten en meetschalen

Wanneer moet je een continuïteitscorrectie toepassen?

Bij discrete gegevens.

p.11
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is een frequentieverdeling?

Een weergave van de waargenomen frequenties van een populatie of steekproef.

p.9
Soorten statistiek

Wat is het verschil tussen nominale en ordinale variabelen?

Nominale variabelen hebben geen rangorde, terwijl ordinale variabelen dat wel hebben.

p.9
Meten en meetschalen

Wat is een ratiovariabele?

Een variabele met een meeteenheid en een absoluut nulpunt.

p.9
Meten en meetschalen

Wat is een intervalvariabele?

Een variabele waarbij sprake is van een meeteenheid, maar zonder absoluut nulpunt.

p.4
Data-analyse technieken

Wat is een statistische reeks?

Een reeks waarnemingen, bijvoorbeeld het kijkgedrag van verschillende personen.

p.12
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Waarom worden pictogrammen vaak gebruikt?

Om statistiek in tijdschriften op te leuken, maar ze bevorderen de leesbaarheid niet.

p.4
Meten en meetschalen

Waarom is meten belangrijk?

Het kent numerieke waarden toe aan objecten en maakt vergelijkingen mogelijk.

p.34
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat betekent Y < 0 in de coëfficiënt van Yule en Kendall?

Negatieve of rechts asymmetrisch.

p.19
Statistische maten van ligging

Hoe kan de modus worden gevonden in gegroepeerde gegevens?

Door de modale klasse te identificeren, de klasse met de hoogste frequentie, en het klassenmidden te bepalen.

p.10
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Waarom zijn grafieken belangrijk?

Ze bieden een visuele weergave van de frequentieverdeling en helpen bij het verkennen van de data.

p.13
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Hoe worden de rechthoeken in een histogram gepresenteerd?

Met dezelfde basis en gescheiden van elkaar.

p.17
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Welke soorten grafische voorstellingen zijn er?

Histogrammen, staafdiagrammen, cirkeldiagrammen, enz.

p.32
Statistische maten van ligging

Wat kan een z-score bepalen?

De relatieve positie van een observatie.

p.17
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Waarom zijn frequentieverdelingen belangrijk?

Ze helpen bij het begrijpen van de verdeling en patronen in data.

p.3
Meten en meetschalen

Wat is het gemiddelde van een populatie aangeduid met?

m.

p.36
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat betekent het als M3 < 0?

De verdeling is rechts asymmetrisch.

p.25
Probleemstelling in statistisch onderzoek

Welke factoren kunnen verschillen in lonen verklaren?

Functie, scholingsgraad, sector, type van tewerkstelling, geslacht.

p.19
Statistische maten van ligging

Hoe wordt de mediaan bepaald als het aantal waarnemingen even is?

Door het gemiddelde van de twee middelste waarden te nemen (lineaire interpolatie).

p.7
Meten en meetschalen

Wat betekent ordenbaarheid in de context van meetschalen?

Een variabele is ordenbaar als men kan besluiten dat x1 groter of kleiner is dan x2.

p.6
Meten en meetschalen

Wat is het effect van het meetniveau op bewerkingen van variabelen?

Bewerkingen mogen alleen worden toegepast op variabelen van een hiërarchisch hoger meetniveau.

p.11
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Welke grafieken kunnen worden gebruikt om een frequentieverdeling weer te geven?

Taartdiagrammen, pictogrammen, staafdiagrammen, histogrammen, lijngrafieken, enzovoort.

p.11
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat beschrijft een grafiek in de context van frequentieverdelingen?

Een visuele weergave van de verdeling van gegevens.

p.4
Soorten statistiek

Wat is het verschil tussen beschrijvende statistiek en steekproefstatistiek?

Beschrijvende statistiek is toepasbaar op zowel populaties als steekproeven, maar we gebruiken notatie voor steekproeven.

p.33
Statistische maten van vorm

Wat is positief (linkse) asymmetrie?

Een type scheefheid waarbij de rechterstaart van de verdeling langer is.

p.34
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat betekent S > 0 in de empirische coëfficiënt van Pearson?

Links asymmetrisch.

p.37
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat is de relatie tussen de coëfficiënt van Pearson (b2) en Fisher (g2)?

Beide meten de afplatting van een verdeling.

p.27
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat geeft een boxplot weer?

Een overzichtelijke vergelijking tussen twee of meer verdelingen.

p.24
Statistische maten van ligging

Hoe wordt het rekenkundig gemiddelde berekend?

Als het moment van rang 1 rond de oorsprong.

p.27
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat zijn uitschieters in een boxplot?

Waarnemingen die ver buiten de eigenlijke verdeling liggen, voorgesteld als punten buiten de boxplot.

p.32
Statistische maten van ligging

Wat betekent een z-score van 1,96?

97,5 procent van de individuen is kleiner en 2,5 procent is groter.

p.6
Meten en meetschalen

Hoe beïnvloedt het meetniveau de statistische analyses?

Het meetniveau bepaalt welke statistische analyses mogelijk zijn.

p.16
Meten en meetschalen

Hoe wordt de waarde 24 vervangen in een continue interval?

Door het interval (23,5 ; 24,5).

p.33
Statistische maten van spreiding

Wat is de variatiecoëfficiënt voor een arm land?

25%.

p.6
Meten en meetschalen

Wat betekent NOIR in de context van meetschalen?

Het staat voor de vier meetschalen: Nominaal, Ordinaal, Interval, Ratio.

p.14
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Waarom worden variabelen vaak in klassen ingedeeld?

Omdat het aantal verschillende waargenomen waarden vaak te groot is om elke waarde apart te beschouwen.

p.16
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de relatie tussen de oppervlakte van rechthoeken in een histogram en frequentie?

De oppervlakte is recht evenredig met de absolute of relatieve frequentie.

p.33
Statistische maten van vorm

Welke maten worden gebruikt om de vorm van een verdeling te beschrijven?

Symmetrie (scheefheid) en afplatting (kurtosis).

p.11
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is het belang van duidelijke titels en labels in tabellen?

Voor de leesbaarheid van de tabellen.

p.9
Probleemstelling in statistisch onderzoek

Wat is een equivalentieklasse?

Een groep van eenheden die voor een kenmerk als gelijkwaardig kunnen worden beschouwd.

p.4
Data-analyse technieken

Wat is een tijdreeks?

Een reeks waarnemingen in de tijd, belangrijk voor de interpretatie van gegevens.

p.12
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is het verschil tussen absolute en relatieve cumulatieve frequentie?

Absolute cumulatieve frequentie (K(xi)) en relatieve cumulatieve frequentie (k(xi)) zijn twee manieren om cumulatieve frequenties te berekenen.

p.18
Statistische maten van ligging

Wat zijn statistische maten van centrale tendens?

Een deelverzameling van de statistische maten van ligging die aangeeft welke waarde representatief is voor een verdeling.

p.21
Statistische maten van ligging

Wat zijn de voordelen van het rekenkundig gemiddelde?

Alle waarnemingen worden gebruikt, het is uniek en laat efficiënte vergelijkingen toe tussen verschillende groepen.

p.6
Meten en meetschalen

Wat zijn de vier meetschalen?

Nominaal, ordinaal, interval en ratio.

p.10
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is de som van de relatieve frequenties?

Altijd gelijk aan 1.

p.1
Soorten statistiek

Wat zijn de drie soorten statistiek?

  1. Beschrijvende statistiek, 2) Interferentie statistiek, 3) Statistische analyse.
p.7
Meten en meetschalen

Geef voorbeelden van ordenbare variabelen.

Opleidingsniveau, leeftijd, lengte, inkomen.

p.7
Meten en meetschalen

Waarom is woonplaats niet ordenbaar?

Omdat het geen natuurlijke volgorde heeft.

p.1
Data-analyse technieken

Wat is het doel van statistische analyse?

Het verklaren van verschillen en samenhang tussen variabelen.

p.1
Probleemstelling in statistisch onderzoek

Wat zijn voorbeelden van vragen in statistische analyse?

Wat is de relatie tussen opleiding en gezondheid?

p.11
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat gebeurt er bij een horizontale staafdiagram?

Elke waarde xi wordt door een balk voorgesteld, waarvan de lengte recht evenredig is met de frequentie.

p.10
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Hoe wordt de relatieve frequentie (f i ) berekend?

Door de absolute frequentie te delen door de steekproefomvang (N).

p.3
Meten en meetschalen

Wat is de proportie van een populatie aangeduid met?

p.

p.4
Onderzoeksontwerp en dataverzameling

Wat zijn steekproeven?

Onderzoeken met betrekking tot een specifieke bevolkingsgroep waarbij een steekproef nodig is.

p.4
Onderzoeksontwerp en dataverzameling

Waarom zijn steekproeven nodig?

Omdat het vaak onmogelijk is om de volledige populatie te onderzoeken.

p.4
Statistische maten van ligging

Wat zijn steekproefstatistieken?

Statistische kengetallen van een steekproef of schatters.

p.33
Statistische maten van vorm

Hoe wordt afplatting gemeten?

Door kurtosis.

p.7
Meten en meetschalen

Geef een voorbeeld van een absoluut nulpunt.

Lengte van 0 cm.

p.4
Meten en meetschalen

Wat is een unidimensionale reeks?

Een reeks met één variabele.

p.34
Statistische maten van ligging

Wat is de volgorde van de statistische maten bij een positieve asymmetrische verdeling?

Modus < mediaan < gemiddelde.

p.1
Soorten statistiek

Wat is extrapolatie in statistiek?

De veralgemeenbaarheid van steekproefresultaten naar de populatie waaruit de steekproef is getrokken.

p.11
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is een staafjesdiagram?

Een grafiek waarbij elke waarde xi door een rechthoek wordt voorgesteld, met hoogte recht evenredig aan de frequentie.

p.7
Meten en meetschalen

Wat gebeurt er met negatieve waarden als er een absoluut nulpunt bestaat?

Negatieve waarden kunnen niet voorkomen.

p.12
Frequentieverdelingen en grafische voorstellingen

Wat is een belangrijk kenmerk van taartdiagrammen?

Alle categorieën van de populatie moeten zijn opgenomen en de verhouding van elke groep tot het geheel wordt benadrukt.

p.7
Meten en meetschalen

Wat is een absoluut nulpunt?

Een waarde (0) die de afwezigheid van het bestudeerd kenmerk aangeeft.

p.4
Meten en meetschalen

Wat zijn standaarden in de statistiek?

Noodzakelijke referenties voor het maken van vergelijkingen, zoals lengtematen en tijdsmaten.

p.34
Statistische maten van spreiding

Wat is de coëfficiënt van Yule en Kendall (Y)?

Een maat voor asymmetrie in een verdeling.

p.34
Statistische maten van ligging

Wat is de volgorde van de statistische maten bij een negatieve asymmetrische verdeling?

Modus > mediaan > gemiddelde.

p.34
Symmetrie en afplatting van verdelingen

Wat betekent S < 0 in de empirische coëfficiënt van Pearson?

Rechts asymmetrisch.

Study Smarter, Not Harder
Study Smarter, Not Harder